Behandelkans longcovid te onzeker om IVA-uitkering te weigeren
23 januari 2025
Longcovid heeft de afgelopen jaren een groeiend aantal mensen langdurig arbeidsongeschikt gemaakt. Dit heeft geleid tot complexe juridische en medische discussies, zoals blijkt uit een recente zaak bij de rechtbank Midden-Nederland. De kern van het debat: kan een IVA-uitkering worden geweigerd op basis van mogelijke toekomstige behandelmogelijkheden? De rechter oordeelde van niet, wat belangrijk kan zijn voor veel andere dossiers.
In het kort:
- De rechtbank Midden-Nederland oordeelt dat lopende studies naar longcovid onvoldoende zekerheid bieden om een IVA-uitkering te weigeren.
- Een IVA-uitkering is niet per definitie een eindstation; toekomstige behandelingen kunnen herbeoordelingen mogelijk maken.
- De uitspraak kan precedent scheppen voor andere zaken over langdurige arbeidsongeschiktheid door longcovid.
De strijd om erkenning bij longcovid
Sinds de coronapandemie kampen veel mensen met langdurige klachten die hen volledig arbeidsongeschikt maken. Longcovid is echter een relatief nieuw fenomeen en er bestaan nog geen eenduidige behandelingen. Voor werknemers en werkgevers roept dit ingewikkelde vragen op: welke uitkering is passend, en is arbeidsongeschiktheid altijd tijdelijk? Deze vragen kwamen scherp naar voren in een zaak waarbij een werkgever het UWV dwong om een eerdere beslissing over een WGA-uitkering te herzien.
De rechter moest bepalen of het UWV juist handelde door geen IVA-uitkering toe te kennen op basis van de verwachting dat longcovid in de toekomst behandelbaar wordt. Deze zaak laat zien hoe onzekerheid over medische vooruitgang juridische en financiële beslissingen beïnvloedt.
De uitspraak in detail
De werkneemster in deze zaak liep longcovid op na een coronabesmetting in 2021. In 2023 kende het UWV haar een loongerelateerde WGA-uitkering toe, met de redenering dat haar arbeidsongeschiktheid volledig, maar niet duurzaam was. De werkgever tekende hier bezwaar tegen aan. Volgens hem was de arbeidsongeschiktheid wél duurzaam en had de werknemer daarom recht op een IVA-uitkering.
Het UWV verweerde zich door te wijzen op lopende studies die naar verwachting tot nieuwe behandelingen voor longcovid zullen leiden. De rechtbank veegde dit argument echter resoluut van tafel. Volgens de rechter is de uitkomst van deze onderzoeken te onzeker om nu te concluderen dat de arbeidsongeschiktheid niet duurzaam is.
Daarnaast onderstreepte de rechter dat een IVA-uitkering niet als definitief gezien moet worden. De WIA-wetgeving biedt ruimte voor herbeoordeling als toekomstige behandelingen wel effect hebben. Dit betekent dat een werknemer met een IVA-uitkering niet wordt ontmoedigd om zich op herstel te richten.
Wat betekent dit voor anderen?
De uitspraak kan grote gevolgen hebben voor andere werknemers met longcovid die volledig arbeidsongeschikt zijn, maar geen IVA-uitkering krijgen. Veel dossiers bij het UWV zijn vergelijkbaar: er wordt gewezen op mogelijke medische doorbraken om een duurzaamheidsverklaring te vermijden. Deze zaak laat zien dat rechters hier kritisch naar kijken en dat werkgevers en werknemers bezwaar of beroep kunnen aantekenen als zij zich niet in een beslissing kunnen vinden.
Daarnaast biedt de uitspraak hoop voor werknemers die nu in onzekerheid verkeren. Het toont aan dat je recht hebt op een eerlijke beoordeling van je situatie, zonder dat verwachtingen over toekomstige behandelingen je recht op een IVA-uitkering beïnvloeden.
Wat nu?
De uitspraak heeft de beslissing van het UWV ongeldig verklaard en de werkneemster alsnog een IVA-uitkering toegekend. Hoewel het UWV nog in hoger beroep kan gaan, lijkt de kans op succes klein. Voor andere werknemers met longcovid betekent dit dat zij vergelijkbare beslissingen van het UWV kritisch kunnen laten toetsen.
Twijfel je aan een beslissing van het UWV of wil je bezwaar maken? Uitgedokterd ondersteunt je graag bij elke stap. Neem gerust contact met ons op voor advies of hulp!
Bron: rsc